Ga naar inhoud
Besteld voor 15:00, morgen in huis Gratis verzending vanaf € 35,-
Eetbare paddenstoelen - Herken de paddenstoelen in eigen natuur

Eetbare paddenstoelen - Herken de paddenstoelen in eigen natuur

Herst, hét favoriete seizoen van Foodsporen!

Als er één seizoen favoriet is bij Foodsporen, dan is het wel de herfst. Overal schieten de paddenstoelen uit de grond en daar worden wij blij van!

In deze blog nemen we je mee het bos in. We delen tips om bijzondere soorten te herkennen, leggen uit over eetbare paddenstoelen en hun smaken en nodigen je uit om de natuur met nieuwe ogen te bekijken.

Want bij Foodsporen houden we niet alleen van onze paddenstoel supplementen, zoals Lion's Mane of Reishi, maar zijn we dol op alle paddenstoelen ook die in eigen land voorkomen.

Herkennen en respecteren van paddenstoelen

 Een paar geliefde en bijzondere verschijningen:

  • Porseleinzwam (Oudemansiella mucida)

Een van de mooiste van allemaal: wit, glanzend en doorschijnend als porselein. Groeit hoog op dode beukenstammen, vaak in kleine groepjes. Wanneer de regen valt, glanst hij als een klein lampje tussen het blad.

  • Inktzwam (Coprinus comatus)

Herkenbaar aan zijn hoge, pluizige hoed. Naarmate hij ouder wordt, smelt hij langzaam weg tot zwarte inkt, een wonderlijk schouwspel dat symbool staat voor vergankelijkheid.

  • Amethistzwam (Laccaria amethystina)

Een klein juweeltje in het mos. Zijn paarse kleur lijkt bijna onwerkelijk, alsof hij uit een sprookjesboek is gestapt. Niet gevaarlijk, maar te zeldzaam om te plukken, een paddenstoel om stil van te worden.

  • Eekhoorntjesbrood (Boletus edulis)


Te vinden bij beuken en eiken, vaak in groepen. Dikke steel, bruine hoed, witte buisjes. Niet voor niets de koning van het bos.

  • Cantharel (Cantharellus cibarius)


Lichtgeel, trompetvormig en met een kruidige, abrikoosachtige geur. Groeit in mosrijke loofbossen, vooral in augustus en september.

  • Oesterzwam (Pleurotus ostreatus)


Vormt schelpachtige trossen op dode stammen van beuken en populieren. 

  • Zwavelzwam (Laetiporus sulphureus)


Een opvallende oranjegele zwam die als lagen op bomen groeit, vaak eiken of wilgen. Zijn stevige structuur en kruidige smaak doen denken aan kip, vandaar zijn bijnaam: ‘Chicken of the woods’. Een zeldzame verschijning, maar een feest om te spotten. Hij is te vinden van mei tot en met oktober, dus zijn seizoen loopt ten einde. 

  • Paarse ridderzwam (Lepista nuda)


Met zijn diepe lila kleur zo'n mooie verschijning. Te vinden op humusrijke grond, vaak bij naaldbomen.

Rood met witte stippen - Vliegenzwam

De vliegenzwam groeit vaak in de zogeheten heksenkringen. Een heksenkring ontstaat wanneer het ondergrondse mycelium van de paddenstoel, het netwerk van schimmeldraden, in alle richtinge tegelijk groeit. Elk jaar breidt het zich iets verder uit, terwijl de oude delen in het midden afsterven. De vruchtlichamen (de paddenstoelen die wij zien) verschijnen daardoor in een perfecte cirkel.


Die kringen kunnen tientallen jaren oud worden en soms meters in doorsnee bereiken.
 In oude volksverhalen dacht men dat het de plekken waren waar elfen dansten of waar heksen hun rituelen hielden.

Niet alle paddenstoelen groeien in zulke formaties:

  • Kringen ontstaan bij soorten met een radiaal groeiend mycelium, zoals vliegenzwammen of weidekringzwammen.
  • Groepen of trossen vormen zich bij houtafbrekende soorten, zoals oesterzwammen en zwavelzwammen, die uit één voedingsbron groeien.
  • Losse exemplaren zie je bij soorten die solitair leven of slechts tijdelijk met een boom verbonden zijn.

Herfst op je bord: De eetbare schatten van het bos

Eekhoorntjesbrood (Boletus edulis)


Waar: Loof- en naaldbossen, vooral bij beuken, eiken en sparren.


Smaak: Vol, nootachtig, vlezig, geliefd in risotto of gebakken in boter.

Periode: Hoogseizoen nu (eind-oktober); de koning van de herfst.

Eekhoorntjesbrood in het bos

Cantharel (Cantharellus cibarius)


Waar: In mosrijke loofbossen en bosranden.


Smaak: Kruidig en licht peperig, met een geur van abrikoos.


Periode: Nog goed te vinden na regen, vooral in Zuid-Nederland en België.

Oesterzwam (Pleurotus ostreatus)


Waar: Op dode stammen van beuken en populieren, vaak in trossen.


Smaak: Zacht, vlezig, vol umami.


Periode: Verschijnt eind oktober massaal en blijft vaak tot in februari aanwezig.

Paarseridderzwam (Lepista nuda)

Waar: Op humusrijke grond in loof- en naaldbossen.


Smaak: Subtiel fruitig, met een vleug anijs.


Periode: Houdt van kou, eind oktober is het begin van zijn seizoen.

Hertezwam (Hydnum repandum)

Waar: Op zandige grond onder eiken en beuken.


Smaak: Nootachtig, mild, heerlijk gebakken met wat zout en knoflook.


Periode: Eind oktober op zijn top, vooral na vochtig weer.

Weidechampignon (Agaricus campestris)

Waar: Op open graslanden en weiden, soms zelfs in parken.


Smaak: Klassiek champignonaroma, iets zoeter dan de kweekvariant.


Periode: Nog tot eind oktober zichtbaar, vooral na regen.

Beukenzwam (Hypsizygus tessulatus)


Waar: Op dode of verzwakte beuken, vaak in clusters.


Smaak: Fijn van smaak, stevig van textuur, populair in de Aziatische keuken.


Periode: Nu goed te vinden in vochtige bossen.


Over zelf paddenstoelen plukken

In Nederland geldt officieel; bewonderen mag, plukken niet. In de meeste natuurgebieden (zoals Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten) is plukken verboden om het delicate ecosysteem te beschermen. 

Bij onze zuider- en oosterburen zijn de regels anders. In veel bossen van België mag je wel paddenstoelen voor eigen gebruik plukken, meestal tot een maximum van ongeveer 1 à 2 kilo per persoon per dag. Het idee daarachter: plukken in kleine hoeveelheden, met respect en kennis, tast de natuur nauwelijks aan. Ook in Duitsland is plukken voor eigen consumptie toegestaan, zolang het “voorzichtig” gebeurt en geen commerciële doeleinden dient. Duitsers noemen dit het Handstraußprinzip, letterlijk: het boeketjeprincipe. Je mag een klein boeketje bloemen, kruiden of paddenstoelen meenemen, zolang het de natuur niet schaadt.


En eerlijk is eerlijk, wij begrijpen onze buurlanden wel. Op de juiste manier plukken beschadigt het ecosysteem niet; sterker nog, het kan helpen bij de verspreiding van sporen. Door paddenstoelen in een mandje te vervoeren, vallen hun sporen onderweg terug op de bosgrond. En wanneer mensen met aandacht, kennis en bescheidenheid plukken, kan dat juist bijdragen aan verbinding met de natuur.


Duurzaam plukken betekent:

  • Alleen soorten meenemen die ruim aanwezig zijn.
  • Nooit de hele groep wegnemen, laat altijd wat staan zodat de soort zich kan voortplanten.
  • Gebruik een mesje en trek ze niet met de hand uit de grond. Zo blijft het mycelium intact.
  • Neem enkel wat je nodig hebt.

Tip van Foodsporen: doe de paddenstoelen in een mandje. Zo blijven ze luchtig, raken ze niet beschadigd en, misschien het mooiste, verspreiden ze onderweg hun sporen, zodat nieuw leven kan ontstaan. Heb je geen mandje, gebruik dan een papieren of stoffen tasje, nooit plastic: daarin gaan paddenstoelen snel broeien en bederven.


Tips om te paddenstoelen te spotten

Wil je zelf paddenstoelen gaan zoeken?

  1. Ga vroeg op pad: de ochtenddauw maakt paddenstoelen beter zichtbaar.
  2. De dagen na een regenbui zijn het beste moment om te zoeken. Dan schieten de vruchtlichamen overnight omhoog!
  3. Blijf zoveel mogelijk op de paden, zo bescherm je het mycelium onder de grond.
  4. Let op bomen: veel soorten groeien in symbiose met specifieke boomsoorten.
  5. Gebruik je neus: sommige soorten, zoals de cantharel, herken je aan hun geur.
  6. Met een veldgids of app zoals ObsIdentify kun je eenvoudig bepalen wat je tegenkomt en bijdragen aan citizen science door waarnemingen te delen.

Een les uit de natuur

Mush love 🍄,

Team Foodsporen